Aantek (XII). Wanneer de paus zich verplaatst naar Lourdes
Soms gebeurt het dat op één dag in één krant, verspreid over verschillende katerns, een waaier aan artikelen staat die tezamen een gebeurtenis in een ruim theoretisch veld plaatsen, door haar van verschillende kanten te belichten. Dat is het geval met Le Monde van vrijdag 12 september. De krant heeft enkele pagina’s ruimte gegeven aan opinies over het bezoek van de paus aan Frankrijk dat deze vrijdag begint. Tegelijk staan elders in de krant enkele recensies van boeken die het bezoek in een ruimer kader zouden kunnen plaatsen, mits je de verschillende gezichtspunten combineert. Laat ik aangeven wat ik overhield aan de stukken.
Om te beginnen een positief artikel over de paus en zijn kerk. De schrijver, Jean-Luc Marion, zet het bezoek neer als een uitdaging. ‘Ce que Benoît XVI nous demande. En posant la question de la vérité, le catholicisme pourra surmonter la crise qu’il affronte aujourd’hui.’ Terwijl veel Fransen zich nauwelijks iets gelegen zullen laten liggen aan het bezoek van de paus (ook in dit land neemt het aantal mensen dat zich katholiek noemt gestaag af), doet de schrijver alsof het een centrale gebeurtenis is in het Franse culturele leven: ‘La visite d’un pape en France a toujours fonction de révélateur de l’Ètat de la France elle-même, qu’elle le veuille ou non.’ De rest van het artikel is een uitwerking van deze openingszin, uiteraard met een hoog wensgehalte. Opmerkelijk is dat hij Joseph Ratzinger neerzet als iemand die ‘ne fut pas un homme d’interdits, mais d’argumentation et de raisonnements’, terwijl de feiten toch duidelijk anders spreken. Een hoofdlijn in het stuk: rationaliteit alleen blijft in gebreke, dreigt te verworden tot nihilisme; zij heeft het geloof nodig. De pauselijke vraag naar de waarheid is hem uiteraard ook beantwoorden, en daar is de schrijver blij mee. In het opiniestuk is duidelijk een pleitbezorger van de katholieke zaak aan het woord.
Abdelwahab Meddeb, de schrijver van een tweede stuk, gooit het over een andere boeg. Hij pleit voor een vreedzaam samenleven in Europa van christendom, jodendom en islam: ‘Pour une religion de la "paix perpétuelle". Et si l’avenir était à une identité religieuse dépassant les fois particulières? Un beau défi à relever pour notre République.’ Christendom, jodendom en islam zijn volgens de schrijver uitdrukking van een en dezelfde ware religie: ‘la vérité de la religion première’, - een idee dat zou teruggaan op de Verlichting en Kant. De drie godsdiensten zijn in en mét Europa in een nieuwe fase beland, ‘l’Ètape du “post”, du dépassement de la religion particulière, que se reconnaîtraient les échos de la religion première, devenue ultime visée de la République des trois cultures.’ (Er is iets merkwaardigs aan deze voorstelling van zaken, maar wat? Er lijken pluimen te worden gestreken, of opgezet, maar van wie? In ieder geval blijft het geloof in de ene Waarheid onverschrokken, evenals bij de vorige schrijver, al wordt zij nu uitgebreid tot die van drie godsdiensten. Geweldig hoe je je als ruimdenkend en religieus tolerant kunt profileren door je in deze tijd te beperken tot de drie monotheïsmen, en door in te stemmen met de gedachte dat ‘tous les humains ont une seule et même religion dont les formules et les cérémonies divergent’! Alsof er niet nog vele andere religies en levensbeschouwingen zijn, ook in het hedendaagse Europa!)
Een socialistische tegenstander van de paus en van de door president Sarkozy gepredikte ‘laïcité positive’, Jean-Luc Mélenchon, schrijft over een Romeins kerkhoofd dat de confrontatie zoekt, meer invloed wil van de religie in het (Franse) publieke leven en zich provocerend te weer stelt tegen de islam. Het geruchtmakende boek van Huntington uit de jaren 90 klinkt als waarschuwing mee in de titel van het stuk: ‘Un pape pour le "choc des civilisations". La reconfessionnalisation de la vie publique est le véritable objectif de l’actuel pontificat.’ De auteur brengt religie nadrukkelijk in verband met politiek en is fel tegenstander van het opgeven van de neutraliteit der laïciteit. De ‘laïcité positive’ van Sarkozy wil niet langer religie op afstand houden, maar wil haar beschouwen als een ‘atout’, een troef in het spel van het publieke domein, om het te verlevendigen en te voeden. Deze koers ziet de socialist duidelijk als een gevaar. De laïciteit dient zich neutraal en afzijdig op te stellen.
Verder, in een ander deel van de krant, sectie ‘Livres’, een recensie van twee boeken die elk vanuit een geheel andere invalshoek ingaan op de these van Huntington: ‘Pour en finir avec le choc des civilisations’. Over boeken van Guillebaud en Todorov. Het ene over de grote, wereldwijde vermenging die op komst zou zijn (in plaats van een botsing van culturele werelddelen). In het andere een pleidooi voor dialoog en wederzijds respect in een wereld welke wordt beheerst door de confrontatie tussen drie soorten landen: ‘les pays de la peur’ (het Westen), ‘les pays de l’appétit’ (m.n. China en India) en ‘les pays du ressentiment’ (de islamitische wereld).
Opmerkelijk dat het boek van Huntington zo prominent aanwezig is in artikelen en boeken. Overigens lees ik zelden recensies of andersoortige stukken waaruit blijkt dat men het boek ook daadwerkelijk en zorgvuldig gelezen heeft. Vaak wordt de man van alles toegedicht wat hij helemaal niet beweerd heeft. Ook dit keer vrees ik, afgaand op de beschrijving, dat Huntington gebruikt is als kop van jut, als gemakkelijk afzetpunt voor eigen profilering.
In dezelfde bijlage een bespreking van een boek van het Amerikaanse collectief Retort, in het Frans vertaald als: ‘Des images et des bombes. Politique du spectacle et libéralisme militaire’. De titel van de recensie: ‘Etre de gauche à l’heure d’Al-Qaida’. Dit geeft aardig weer waar het stuk over gaat: de verlegenheid van links om adequaat te reageren op de huidige situatie, welke wordt gedomineerd door twee vijanden: ‘l’Empire marchand et le Djihad en marche’. Militante bewegingen als Al-Qaida blijken de hedendaagse spirit van verzet en tegenmacht beter te exploreren dan Westers links. Dit weet slechts met oude reflexen te reageren, of zelfs helemaal niet. Hoe komt dat? Retort probeert hier iets aan te doen, minstens door zich de vraag te stellen en door enkele ‘pistes de réflexion’ voor te stellen. Om het succes van het islamitische verzet te verklaren wordt bijvoorbeeld gewezen op het belang van het spektakel in dit mediatijdperk. Het spektakel ‘constitue aujourd’hui l’outil principal de toute domination’.
Mijn suggestie zou zijn, - minder spectaculair: Westers links is onmachtig geworden, ook imaginair, omdat zijn idealen van weleer óf niet meer geloofwaardig zijn, óf zijn gerealiseerd. Wat dan rest is het verdedigen van wat men bereikt heeft, terwijl nieuwe idealen niet voorhanden zijn. En dat doet geen hart sneller kloppen. Voor louter behoudzucht en pragmatisme zal niemand de barricaden opgaan. Het zou kunnen dat alleen een ideaal-met-toekomst (d.w.z. een voorstelling van wat mogelijk én wenselijk is) een situatie in een begrijpelijk en onderscheidend perspectief plaatst dat tevens weet te enthousiasmeren tot actie.
Wel, en dat alles terwijl ik deze vakantie twee boeken aan het lezen ben. In mijn hoofd jongleren zij mee, terwijl ik mij door Le Monde laat voorbereiden op het bezoek van de paus aan Frankrijk, en met name Lourdes. Wat ben ik aan het lezen? Moeizaam worstel ik me door een werk van Rudolf Steiner uit de bibliotheek van de Ecolonie, getiteld: ‘De wetenschap van de geheimen der ziel’. Het boek belooft een gedegen, wetenschappelijke aanpak van het bovenzinnelijke, - hetgeen mij aansprak: wat zal dat opleveren? Ik heb echter nog niet kunnen ontdekken hoe hij die belofte wil waarmaken. Wie reeds een parti pri heeft ten faveure van het bovenzinnelijke zal wellicht door zijn beweringen worden aangesproken; mij heeft het nog niet kunnen overtuigen. Ook de wetenschappelijkheid van zijn aanpak ontgaat me. Ik vrees dat ik het boek niet zal uitlezen. Bij het lezen vraag ik me wel telkens af waarin dit gefantaseer (ik kan het helaas niet anders zien) nu eigenlijk verschilt van katholieke theologie. Is het verschil slechts tussen gevestigd en marginaal?
Een stuk sneller leest een boek over Tom Cruise en zijn banden met Scientology. Een onthullende biografie, geschreven door Andrew Morton. Het boek beschrijft hoe de acteur op geregisseerde wijze uitgroeit tot het belangrijkste boegbeeld van deze wereldwijde organisatie. Het leven in Hollywood heeft mij tot nu toe niet echt geïnteresseerd, maar wat ik lees over Cruise en zijn dubbele agenda (en hij is niet de enige) maakt me nieuwsgierig. De impact van de filmindustrie en haar helden blijkt groot, ook buiten de bioscoop, zeker wanneer een organisatie als Scientology zich erin mengt. Het boek geeft me enig zicht op de interne werking en machtsaanspraken van deze club. Ook bij het lezen van deze biografie dringt zich een vergelijking bij mij op: waarin verschilt Scientology nu eigenlijk van een instituut als de katholieke kerk? Heeft zij zich misschien ook ooit zo gevestigd (en haar macht uitgebreid) door prominente figuren aan zich te binden (zoals Romeins keizer Constantijn)? Is Scientology uit op een soortgelijke impact op de geesten van miljoenen mensen zoals nu ook het Vaticaan heeft?
De adembenemende geslotenheid van de sekte, die zichzelf een religie noemt, doet denken aan het onderwerp van het laatste artikel dat ik uit Le Monde van 12 september heb gelicht. ‘Le véritable catholicisme est compatible avec la critique. En prétendant combattre le "relativisme", l’Eglise actuelle s’ingénie à étouffer tout débat interne.’ Daarin wordt het pleidooi van paus Benedictus voor een verzoening van geloof en rede tegen het licht gehouden. De schrijver, Gilles Marmasse, contrasteert de ogenschijnlijke redelijkheid en openheid van de paus met de weigering van de kerk om kritisch (zelf)onderzoek toe te staan. De katholieke kerk is weliswaar open over haar opvattingen en bereid om van alles uit te leggen, dat betekent nog niet dat er discussie over mogelijk is, zelfs geen welwillende. Dogma en redelijkheid blijken voor de paus goed met elkaar te rijmen. Redelijkheid betekent: uitleggen hoe het zit met de waarheid. Wat dat betreft is er nog niets veranderd sinds de Middeleeuwen.
Een interessante combinatie van artikelen. Zij stellen in staat om het bezoek van de paus aan Frankrijk te situeren in een ruim theoretisch veld met meerdere gezichtspunten. Vooral wanneer er stukken bijkomen die niet zijn geschreven naar aanleiding van die gebeurtenis maar er wel mee te maken hebben, althans, in mijn ervaring als krantlezer.
Mij afvragend waarom ik de genoemde recensies in verband breng met het bezoek van de paus (er stond uiteraard nog meer in de krant), dan blijk ik de interesse voor het bezoek niet los te kunnen zien van de context zoals die is ontstaan sinds 11 september. Nu wilde het toeval dat er in dezelfde krant ook enkele artikelen stonden waarin boeken werden gerecenseerd die zich met deze nieuwe context bezig houden.
Het lezen van de teksten werkt als een omgekeerd prisma en een panorama tegelijk, met de lezer als kruispunt. De vraag is of die samenhang ook iets zegt over de situatie waarin de gebeurtenis plaatsgrijpt. Daarvoor zou het eerst nodig zijn om de vooralsnog intuïtieve samenhang van de verschillende gezichtspunten te expliciteren. Wat zou dat opleveren?